Een jaar lang werkervaring opdoen gecombineerd met een gedegen ontwikkelprogramma. Die unieke kans biedt Philips aan werkzoekenden met een afstand tot de arbeidsmarkt. Speciaal voor hen werd dertig jaar geleden het Philips Werkgelegenheidsplan (WGP) opgezet. Dat was succesvol en dat is het nog steeds: gemiddeld 70% van de deelnemers stroomt na afloop door naar een betaalde baan.
Frank Visser is werkzaam bij de Koninklijke Philips N.V. in de rol van Clustermanager HR Benelux. U leest hier meer over het WGP.
“Dat ik tot een verloren generatie zou gaan behoren, had ik nooit kunnen bedenken. Ik kom uit een stabiel gezin met een autoritaire vader en een zorgzame moeder, en ik werd op school gepest vanwege mijn stotteren. Kortom, de kiemen voor een succesvolle maatschappelijke carrière waren aanwezig. Mijn eerste tegenslag kwam op de universiteit, net toen ik zou gaan afstuderen. Darmkanker. Ik kwam in de achtbaan van ziekenhuis, diagnose en chemo terecht, maar twee jaar later was ik schoon en kon ik alsnog aan mijn afstuderen beginnen. Wat waren mijn ouders trots toen ik eindelijk de felbegeerde bul in ontvangst mocht nemen.
Vol goede moed ging ik op zoek naar een baan. De arbeidsmarkt zat weliswaar op slot, maar voor mij zou er toch wel een plaatsje te vinden zijn? Het gat in mijn CV en de studievertraging bleken vaak een struikelblok. Voor een startersfunctie of traineeship bij een multinational bleek ik te eigengereid te zijn, te weinig kneedbaar. Tja, als je twee jaar lang de dood in de ogen gekeken hebt, krijg je toch een wat andere kijk op de wereld. Je loopt niet blindelings achter allerlei hypes aan.
Toen ik kanker kreeg ben ik weer thuis gaan wonen en daar woon ik nu nog steeds. Mijn ouders hebben eigenlijk altijd alles betaald: kost én inwoning. Ik had zelf een bijbaantje voor mijn weekenduitgaven. Bij het UWV melden wij ons niet; zo werkt dat niet in onze kringen. Ik heb dus nooit een status ontvangen en was – en lijk nog steeds – daarmee kansloos in de strijd tegen allerlei oneigenlijke concurrenten die straks ook nog meetellen voor de quotumwet.
Inmiddels gaat het bergafwaarts met mij: ik word ziek van de stress, frustratie en onmacht. Wantrouwen bij werkgevers, die denken dat kanker nooit geneest. Oneerlijke concurrenten die met allerlei regelingen in de markt worden gezet. Het gevoel dat je je steeds moet verantwoorden, dat je moet aantonen dat je echt gezond bent. Mijn strijd tegen kanker heb ik gewonnen, dankzij de steun van familie, vrienden en alle zorgzame mensen in het ziekenhuis. Maar wie geeft de ex-kankerpatiënt een steuntje bij de strijd in het zoeken naar een nieuwe baan?”